Het bijenkorfje en het appelvrouwtje

Pffffffff……..pffffffffff……pfffffffffff……hoorde de heks, ze was in de tuin bezig met het het onderhoud van haar magische kruidentuin. Ze keek om zich heen maar zag niks. Pffffff….pfffffff……pfffffffff…..hoorde ze weer. Nu ging ze maar op zoek naar dat geluid, En weer hoorde ze pfffffff……pfffffff….pfffffff……Onder een groot blad van een uitgebloeide primula zag ze een piepklein vrouwtje zitten met hele rode wangetjes. “Wie ben jij?” vroeg de heks. “Ik ben een appelvrouwtje”, zei het vrouwtje met de rode wangetjes “Ik heb het zooooooo warm! Volgens mij heb ik last van opvliegers.” De heks lachte, ze herkende het wel. “Zal ik wat voor je maken wat je lekker kan gebruiken voor verkoeling?” vroeg de heks. “Heel graag!”, zei het appelvrouwtje. “Ik moet nog zo veel appeltjes een mooie rode kleur geven!”

De heks ging in haar tuin op zoek naar mooie kruiden. Ze had veel kruiden die konden helpen. Haar oog viel op een mooie plant met paarse bloemen die naast de primula stond waar het appelvrouwtje onder zat. “Kijk”, zei de heks, “dit is het bijenkorfje, de prunella vulgaris, ze noemen het ook wel de brunel of self heal. Hier zal ik een mooie spray voor je maken voor verkoeling.”

De heks plukte een flinke bos inclusief de prachtige bloemen. Ze liep naar haar kruidenkamer, deed ze in haar magische ketel en stak het vuur aan. Het pruttelde heerlijk. De damp ving ze op en met haar toverstaf toverde ze de damp om tot waterdruppels. De geuren van de bloemen vulden de ruimte. Ze vulde een mooi minisprayflesje met het heerlijk geurende hydrolaat. Ze besloot er nog een druppeltje self heal bloesemremedie aan toe te voegen en liep naar buiten.

Het appelvrouwtje zat nog steeds te puffen onder het grote blad.”Kijk”, zei de heks, “zo gebruik je de spray, doe je ogen maar dicht”. Het appelvrouwtje sloot haar ogen. De heks sprayde een paar keer in haar gezicht en het appelvrouwtje slaakte een zucht van verlichting. “Wat heeeeeeeerlijk! Dit verkoelt echt!” zei ze. “Hier, zei de heks, “neem deze maar mee en gebruik hem maar lekker. Als je weer een opvlieger krijgt lekker sprayen.” “Dank je wel!”, zei het appelvrouwtje, kan ik het ook nog ergens ander voor gebruiken?”
“Jazeker”, zei de heks, “je kan het ook gebruiken als je keel pijn hebt, dan kan je ermee gorgelen of een compres met een wikkel en magisch wolletje om je hals doen of een compres om je polsen als je in bed ligt. Het voert ook op die manier de hitte af. En heb je door het vele klimmen en lopen last van spataderen dan kan ik ook nog een magische zalf voor je maken waar het bijenkorfje in zit, samen met andere kruiden.”

De heks en het appelvrouwtje namen afscheid van elkaar en voor de heks er erg in had was het appelvrouwtje al weer verdwenen, op zoek naar appeltjes om te kleuren.